Delen via Twitter
Abonneer op RSS feeds
Nieuws
Agenda
Weblog e-tekstualiteit
Achtergrond Deze site is geinitieerd door:
In het Nationaal Archief zijn onlangs gevonden brieven van Belle van Zuylen officieel gepresenteerd.
Dat gebeurde in het bijzijn van jhr. F.V. Beelaerts van Blokland, in wiens familiearchief Hein Jongbloed van het Nationaal Archief te Den Haag de brieven heeft ontdekt. Het gaat om vier brieven aan Carel Lodewijk van Tuyll van Serooskerken, die ze in de periode 1797-1799 van zijn ‘tante Belle’ ontving.
Belle van Zuylen, door haar huwelijk Isabelle de Charrière, was sinds 1771 woonachtig in Colombier bij Neuchâtel. Ze correspondeerde al langer met Carel Lodewijks oudere broer Willem-René. Deze briefwisseling is uitgebreid bestudeerd door Madeleine van Strien-Chardonneau en anderen. Ze is van belang omdat Charrière er zo uitgebreid haar ideeën over opvoeding uiteenzet. Nu blijkt dus dat meer leden van dit gezin graag contact hadden met hun beroemde – en enigszins rebelse – tante.
Tijdens de presentatie in het Archief schetste Hein Jongbloed hoe hij de vier – niet met een naam ondertekende – bijzonder brieven in het archief-Beelaerts van Blokland vond en hoe hij de schrijfster ervan identificeerde: zij verwijst namelijk naar haar eigen roman Henriette et Richard.
Tijdens de presentatie ging Suzan van Dijk van het Huygens ING vervolgens in op het belang van de brieven voor het onderzoek en vooral op de mogelijkheid om de brieven onmiddellijk op te nemen in het bestand met alle tot nu toe bekende correspondentie van Belle van Zuylen: 2552 brieven, die in een onlangs aangevangen Huygens ING-project online beschikbaar zullen worden gesteld. Het project staat onder leiding van Suzan van Dijk en Madeleine van Strien-Chardonneau. Een aantal vrijwilligers (leden van het Genootschap Belle van Zuylen) zulen, gecoördineerd door onderzoeksassistent Maria Schouten, deze brieven gaan invoeren met behulp van het op het Huygens ING ontwikkelde programma eLaborate.
De bijeenkomst werd afgesloten met de onthulling door jhr. Beelaerts van Blokland en door rijksarchivaris Martin Berendse (ieder een vitrine) van de brieven zelf, die voorlopig worden tentoongesteld in de hal vóór de ‘Verdieping van Nederland’.